DEEL 1: HET HEETSTE HOOFD

We zien een wereld waarin Het Heetste Hoofd rondwandelt als trotse drager en creator van zijn eigen Zon. Het lijkt erop dat hij na een lange zelfontdekkingstocht nu dan toch eindelijk het licht heeft gezien en... hij heeft een keuze gemaakt: de wereld in zijn hoofd is niet langer zijn schuilplaats, vanaf nu zal hij de echte wereld als rechter en toetser van zijn innerlijk wezen beschouwen en zich volledig, zonder verhullingen, angsten of geheimen aan hem openbaren. “Ik ga me ontdekken tot er niets meer is wat me bedekt!”

Hij werpt zich op als de grote verlosser van degenen die nog in duister en onbeduidendheid verkeren en al gauw wordt hij op de voet gevolgd door een groeiende groep blakende, in smetteloze sportbroeken gehulde, blije dorpelingen, die hun eigen (succes)verhalen gretig de wereld in sturen. “Wij gaan ons ontdekken tot er niets meer is wat ons bedekt!”

Langzaam ontpoppen zij zich tot het leger van De Hardlopende Vuurtjes dat erop uittrekt om De Poppen van de Pleinen, degenen die rondkomen zonder naam, verhaal, of groot gebaar, voor hun eigen bestwil uit hun schuilplaatsen te drijven en De Verscholene op het plein te onthullen als een onwaar en belachelijk wezen.“Wij gaan jou ontdekken tot er niets meer is wat je bedekt!”

We luisteren naar het lied van De Onverstaanbare: niet te verstaan voor wie in hem iets wil horen en we volgen Paul Verotti, een aan de grond geraakte operazanger. Beiden blijven ze door hun ongrijpbaarheid weerstand bieden tegen De Vuurtjes. Uit Razen, voelt zich als een deserteuze door een stem naar de nacht, het duister en de roes geroepen. Toch kiest ervoor deze verborgen stem te blijven volgen als deel van wie ze is.

Ondertussen wandelt het Heetste Hoofd voort zich nauwelijks bewust van wat er zich onder zijn naam afspeelt. Wanneer hij te ruste gaat onder een boom, spreekt De Vrouw zo oud als een boom tot zijn diepste verscholen wezen. Hij besluit zijn Zon aan de wilgen te hangen en wandelt voort.

Verderop in onze vertelling zullen we hem weer tegenkomen, dit maal in de vorm van De Landloopster, waarmee het tweede hoofdstuk van ons verhaal begint.